zaterdag 25 april 2020auteur: DDB

Particuliere opslag: waarom weer dezelfde fouten bij crisismanagement?

Particuliere opslag: waarom weer dezelfde fouten bij crisismanagement?

Onbegrijpelijk. Dat is de reactie van de Dutch Dairymen Board (DDB) en de European Milk Board (EMB) op de maatregelen waartoe de Europese Commissie heeft besloten met betrekking tot de zich uitbreidende crisis op de Europese zuivelmarkt.

De Europese Commissie wil de groeiende crisis in de zuivelsector tegengaan met subsidies voor particuliere opslag zónder parallel daaraan een programma te starten voor melkveehouders om vrijwillig de melkproductie te reduceren met een tegemoetkoming.

Het subsidiëren van grote hoeveelheden zuivelproducten in de particuliere opslag bleek in het verleden al niet in staat om crises op de zuivelmarkt te beheersen. Sterker nog: de hoeveelheden zuivelproducten die in de crisis direct na de afschaffing van het melkquotum, gesubsidieerd in de opslag belandden, hebben nog jarenlang de melkprijs gedrukt.

Momenteel ervaren we in de zuivelsector vraaguitval door de Corona crisis. Het meest verstandige zou daarom zijn om de melkproductie vrijwillig te reduceren en hiervoor een Europees breed programma open te stellen waarbij de melkveehouders voor hun gereduceerde liters melk een vergoeding ontvangen van de Europese Commissie – dit programma was zeer succesvol in 2016 (door de Europese Commissie werd destijds als voor het beperken van de melkproductie,14 cent per gereduceerde liter betaald tot een maximum aantal liters. In veel EU-landen werd bovendien een plus op die 14 cent gelegd waardoor de vergoeding aantrekkelijk genoeg was voor melkveehouders om deel te nemen aan het vrijwillige programma. RFC legde in Nederland een plus van 10 cent tot een maximum van 20.000 kg op deze regeling waardoor in Nederland veel melkveehouders deelnamen).

Voor de Europese melkveehouders gaat het werk gewoon door – crisis of geen crisis - en dus ook de kosten.  Ondertussen staan de zuivelprijzen wereldwijd sterk onder druk. Een groot aantal Europese melkveehouders worden bovendien geconfronteerd met de vraag (of eis) van hun melkafnemer om de productie te reduceren – echter zonder dat daarvoor een vorm van compensatie wordt (of kan worden) geboden. Dit brengt veel melkveehouders ernstig in liquiditeitsproblemen en problemen  

om het bedrijf voort te zetten. Daarom moet de nu aangekondigde particuliere opslag worden gecombineerd met een vrijwillige reductie van melkproductie, inclusief financiële compensatie en plafonnering, om te voorkomen dat een deel van de melkproducenten zijn melkproductie alsnog uitbreidt en de werking van het reductieprogramma ondermijnt.

Tevens vinden de DDB en de EMB het tonnage aan zuivelproducten waarvoor subsidie is toegezegd, te groot: deze zijn even groot als in 2016 en we weten dat deze hoeveelheden destijds enorme problemen hebben opgeleverd voor de prijsvorming én lang boven de markt hebben gehangen. Maximaal zouden de hoeveelheden niet groter moeten zijn dan 45.000 ton magere melkpoeder en 60.000 ton boter.

Onderstaande tabel toont de verdeling van de 30 miljoen euro die door de subsidieregeling beschikbaar is gekomen:

 1) Subsidies voor particuliere opslag

Product

Maximaal tonnage

Opslagduur

Subsidie

Magere melkpoeder

90.000t

Of voor een geheel jaar of voor een tijdsduur van minimaal 3 tot max. 7 maanden

6 Miljoen €

Boter

140.000 t

Minstens 3 maanden tot max. 7 maanden

14 Miljoen €

Kaas

100.000t

Minstens 2 maanden tot max. 7 Maanden

10 Mio €

Tijdsplan:

De wet zal naar alle verwachting volgende week worden aangenomen en vervolgens gepubliceerd, de maatregelen treden dan begin mei in werking.

2) Producentenorganisaties kunnen de melkproductie plannen

Het steunpakket van de Commissie voorziet ook in de gedeeltelijke vrijstelling van het mededingingsrecht voor erkende producentenorganisaties en brancheorganisaties  op grond van artikel 222 van de Gemeenschappelijke Marktordening om maatregelen inzake productieplanning vast te stellen. De vrijstelling wordt beperkt tot zes maanden.

Lees hier het EU-document

Waarom subsidies voor private opslag geen goed antwoord is op de crisis:

Overschotten worden er niet mee voorkomen.

Het middel richt zich niet op de plek waar de overproductie plaatsvindt: namelijk bij de overproductie van melk. In de opslag komen de al verwerkte overschotten terecht.  

Overschotten verlengen de crisis

Ook in de opslag, hebben overtollige zuivelproducten invloed op de prijsvorming. Want ze maken deel uit van het (te hoge) aanbod op de markt. Daarom drukken ze - ook in de opslag – op de melkprijzen. Zo wordt de crisis ten eerste niet opgelost en ten tweede nog verlengd.  Pas nadat de voorraden weer verkocht zijn hebben ze geen negatieve invloed meer op de prijsvorming in de markt.

Het heeft zijn waarde niet bewezen

Particuliere opslag is in het verleden geen succesvol EU-crisisinstrument gebleken. Het werd ook gebruikt in de crisis van 2015 tot 2017. De prijsdaling op de melkmarkt heeft zich toen echter onafgebroken doorgezet. Een vergunning voor producentenorganisaties of brancheorganisaties om de volumeplanning uit te voeren werd ook al in 2016 verleend en had geen enkel (positief) effect. De reden hiervoor is dat de sector niet over de structuren of de financiën beschikt om dergelijke maatregelen met succes uit te voeren en de crisis in te dammen.

Het instrument om vrijwillig melkproductie te reduceren is veel effectiever

In de laatste crisis is met de hierboven beschreven subsidiemaatregelen kostbare tijd verloren gegaan tot eind 2016, toen het door de Europese Commissie gecoördineerde volumereductieprogramma eindelijk een einde maakte aan de daling van de melkprijzen. Pas toen klom de EU-melkprijs weer op uit zijn diepe dal van ver onder de 30 cent en bereikte uiteindelijk een prijs van 35 cent per kg melk in de zomer van 2017.         

Waarom worden dezelfde fouten steeds weer gemaakt?

Voor de DDB en de EMB is het onbegrijpelijk dat de Commissie weer zijn toevlucht neemt tot dergelijke verouderde en ineffectieve maatregelen. De ervaring uit eerdere crises bewijzen dat. Het is duidelijk dat er met de vrijwillige vermindering van de melkproductie als die door de Commissie op EU-niveau wordt gecoördineerd, al een beproefd instrument bestaat. Daarom moet het nu worden ingeschakeld eventueel naast private opslag op een veel lager niveau". Maar het moet snel worden geactiveerd, anders is de crisis al in een te ver gevorderd stadium en is een verplichte volumevermindering voor alle producenten noodzakelijk. We hebben geen tijd te verliezen om de markt in evenwicht te brengen. Nog  maar een paar maanden en dan staat de volgende ontwrichting van de markt alweer voor de deur: de Brexit, die ernstige gevolgen kan hebben voor de sector omdat er nog niets geregeld is op het niveau van handelsafspraken. Als de sector dan nog verzwakt is door deze crisis, kan dat catastrofaal uitpakken" 

Hoe kunnen vrijwillige volumereducties op EU-niveau een passend antwoord op de crisis bieden?

Aangezien de huidige afname van de vraag de melkprijs doet dalen, is dit precies de plek waar actie moet worden ondernomen. Als de vrijwillige leveringsvermindering op EU-niveau wordt doorgevoerd, zou de druk op de melkprijzen effectief kunnen worden verminderd. Daarvoor zouden de melkproducenten voldoende compensatie moeten ontvangen per niet geproduceerde liter melk. Zonder deze compensatie ondervinden boeren, in de sector de meeste gevolgen van de coronacrisis, gevolgen die we op de door de crisis geteisterde melkmarkt eenvoudigweg niet in de hand kunnen houden.

Ondanks dat we al sinds het begin van de Corona crisis pleiten voor het crisismanagementinstrument om vrijwillig melkproductie te verminderen is er duidelijk niet geluisterd naar de mening van de EMB die door de ervaring van vele crises, inmiddels deskundig is op dit gebied. De politieke besluitvormers zijn daardoor zelf volledig verantwoordelijk voor de komende negatieve melkprijsontwikkeling. Want de nu aangekondigde maatregelen gaan niet helpen voor de boeren. Onze boodschap is dan ook: Start direct met het crisisinstrument om vrijwillig de melkproductie te reduceren.

Handel verantwoordelijk. Handel nu!

Namens het DDB- en EMB Bestuur,

Sieta van Keimpema