vrijdag 26 juli 2013auteur: Sieta van Keimpema

Zomerreces?

Zou de economische crisis en de daarbij horende werkloosheid ook zijn effect hebben op de Brusselse ambtenaren? Je zou het kunnen denken als je de grote bedrijvigheid en werklust daar bekijkt: de ene zitting is nog niet voorbij of de volgende vergadering wordt alweer aangekondigd. Van zomerreces lijkt dit jaar geen sprake.

Een week na de besluiten over het GLB, hebben Romuald Schaber (president van de EMB) en ondergetekende een gesprek gehad met Michel Dantin; het Europees Parlementslid dat een alternatief instrument  inbracht om in crises op de zuivelmarkt, het volume te kunnen reguleren. Zijn voorstel (dat in een eerder stadium werd aangenomen door het Europees Parlement) redde het niet in de Trioloog en de GLB besluiten, maar ligt nog steeds op tafel. Het voorstel zal op 24 september tijdens het congres dat Landbouwcommissaris Ciolos organiseert over alternatieve marktinstrumenten voor de zuivelmarkt, opnieuw worden besproken.

Het gesprek met Dantin was goed en vervolgafspraken zijn gemaakt.

Voor bovengenoemd congres getiteld: “The EU dairy sector: developing beyond 2015”, staat de  EMB als één van de drie sprekers op de agenda, die alternatieven voor de zuivelmarkt hebben ontwikkeld. De EU Commissie doet er verslag van de studie over de zuivelmarkt die zij hebben laten uitvoeren door externe experts en er zullen tevens workshops worden gehouden. In verband met onze alternatieve voorstel, het EMB Monitoringsagentschap, hadden we daarom kortgeleden opnieuw een gesprek met topambtenaren van de EU Landbouwcommissie, om nog een aantal vragen toe te lichten die we in onze lezing voor 24 september ook zullen verwerken.

De Advisory Group on Milk waaraan ik begin juli deelnam, bevatte weer veel marktinformatie. Zo blijkt de Europese melkproductie zich niet te herstellen door de slechte weersomstandigheden. De melkprijs zal in augustus en september mogelijk nog iets hoger worden maar de futures en de melkveilingen in Nieuw Zeeland laten voor de herfst een daling van de melkprijs zien omdat in Oceanië de droogte voorbij is en de melkproductie goed op gang komt.

Wat niet bijster positief is, maar de bezwaren van de EMB en de DDB tegen het huidige zuivelbeleid onderschrijven, is de ontwikkeling van de marges: ten opzichte van het indexjaar 2007 (100) liggen de productiekosten op 128%, de melkprijs op 108% en de bruto marge op 78%...

Zelfs de traditionele boerenbond Copacogeca wordt het te gortig: een vertegenwoordiger van deze club stelde dat de melkprijs niet in overeenstemming is met de kosten. 

Met een aantal EMB bestuurders voerden we vorige week een gesprek met vertegenwoordigers van het Comité van de Regio’s (CvdR) over hun advies dat zij voor de EU Commissie hebben opgesteld over de effecten van de liberalisatie van de zuivelmarkt (dit is uitgebreid in onze recente ledenbrief toegelicht).  Het CvdR onderschrijft voor bijna 100% de stellingname van de EMB.

Naast het interessante advies met veel vragen aan de EU Landbouwcommissie, zijn de bijlagen met achtergrond informatie eigenlijk nog belangrijker. Omdat er wordt ingegaan op regulerings- en subsidiesystemen wereldwijd  (op de DDB-site kunt u deze bijlagen in het Nederlands lezen ) die duidelijk maken dat de “vrije markt” die de EU voor zich ziet, alleen in de hoofden van de ‘liberalisatieverslaafden’ bestaat. De realiteit is zeer anders.

Met het CvdR hebben we ook een aantal afspraken voor de toekomst gemaakt.  

De zitting die DG Handel vorige week in Brussel organiseerde om maatschappelijke organisaties in het kader van de transparantie te informeren over de TTIP (het vrijhandelsverdrag tussen de EU en de VS) was interessant, maar wel een beetje aan de late kant: de eerste gesprekken waren in de VS immers al gevoerd, dus kon er wat dat betreft van input door de genodigden geen sprake zijn.

Dat DG Handel het achterste van de tong niet wilde laten zien, werd al snel duidelijk. Dat verhinderde de aanwezigen niet om talloze goede, kritische vragen te stellen.  De EMB zal zich de komende tijd  meer met dit onderwerp bezighouden. Want de standaards voor o.a. kwaliteit zijn anders in de VS dan in de EU en aangezien dit grote gevolgen kan hebben voor onze concurrentiepositie en dus het vermogen een goede melkprijs te realiseren, maakt het noodzakelijk ons hiermee bezig te houden.

Tot slot wil ik het heel kort nog hebben over de commotie die berichten in de agrarische media veroorzaakten over mogelijke uitsluiting van de DDB bij de oprichting van een ketenorganisatie tussen nu nog NZO en LTO. Wat alle berichten de DDB vooral duidelijk hebben gemaakt, is het feit dat alle partijen zo snel mogelijk om de tafel moeten gaan zitten om de plannen inhoudelijk met elkaar te bespreken. Het is spijtig dat NZO en LTO hier niet al in een heel vroeg stadium toe hebben besloten, dat had veel onduidelijkheid voorkomen. De DDB heeft contact opgenomen met o.a. de NZO en aangeboden dit gesprek te organiseren. Vrijwel direct is er een positieve reactie gekomen om met elkaar in gesprek te gaan, na de zomervakantie als iedereen weer aanwezig is.