maandag 25 juni 2012auteur: Sieta van Keimpema

Week 21 – Letland in vogelvlucht

Week 21 – Letland in vogelvlucht

In de EMB nieuwsbrief van mei schreven we al dat de Letse coöperatie van melkveehouders, MARSAVA, belangstelling had voor de EMB. Daarom vertrok ik woensdagavond 13 juni naar Letland, waar ik samen met twee EMB-collega’s een ontmoeting had met een delegatie van deze coöperatie.

Nadat we een presentatie over de EMB hebben gehouden, presenteert de Letse landbouweconoom Andris Miglavs, interessante en actuele cijfers van de melkveehouderij in Letland die het complexe karakter van de Letse melkveehouderij goed weergeven:
In Letland worden 164.000 koeien gemolken in 27.100 koppels. Zij produceren gezamenlijk 842.000 ton melk. 695.000 ton worden vermarkt waarvan 240.000 ton van de rauwe melk direct wordt geëxporteerd. De rest van de melk wordt in het ‘grijze circuit’ afgezet (rechtstreeks tussen melkveehouders en burgers). De waarde van de melk in euro’s is ongeveer 241.5 miljoen terwijl de totale waarde van de zuivelproducten 257.5 miloen euro is.
Melk is belangrijk voor de economie in Letland: zij beslaat 21% van de landbouwproductie en 25% van de productie van de voedingsindustrie.
De melkproductie daalde na de toetreding van Letland tot de EU door de melkquotering, maar is inmiddels weer op het niveau van vóór 2004.
Ongeveer 45% van de melkveebedrijven in Letland, hebben minder dan 20 koeien, maar dit aantal neemt snel af. Vooral de categorie melkveebedrijven met 50 tot 199 koeien groeit snel terwijl meer dan 11% van de bedrijven meer dan 200 koeien heeft. De melkveehouderij in Letland is net zo druk bezig met ‘herstructureren’ en opschalen als hun collega’s in de EU waardoor 3% van de Letse melkveebedrijven, meer dan 50% van de melk produceert die op de markt komt.
Dat een grote koppel koeien echter nog geen garantie voor een goed rendement is, blijkt uit de cijfers voor verdiensten, de kosten per liter melk en de toegevoegde waarde. Letland heeft de laagste gemiddelde melkprijs in de EU, de laagste toegevoegde waarde per kilogram melk en een relatief hoge staatssteun per kilo. En terwijl uit de gepresenteerde statistieken blijkt dat Nederland en Ierland de hoogste arbeidsproductiviteit hebben, scoort Letland ook hier als laagste. Landbouweconoom Miglavs ziet de uitdaging voor de Letse melkveehouderij vooral in meer marktoriëntatie, krachtenbundeling door de bedrijfsgrootte op te schalen terwijl marktmacht moet worden bereikt in coöperaties. Meer winst moet bereikt worden in een efficiëntieslag, betere voermethoden en een efficiënter gebruik van stierkalveren en mest. Bovendien moeten de melkveehouders in Letland er voor zorgen dat zij de kostprijs op wereldmarktniveau houden en dan voorziet hij grote winstmogelijkheden.

Tja, als het zo gemakkelijk zou zijn, zou er geen EMB zijn opgericht door efficiënt werkende EU- zuivellanden (volgens de statistieken) met een relatief hogere melkprijs dan de Baltische staten. En dat leggen we de landbouweconoom dan ook uit. Want bundeling van melk door opschaling van de bedrijven, het toetreden tot zuivelcoöperaties en een goede arbeidsefficiëntie, hebben de Europese melkveehouders geen melkprijs opgeleverd die de kosten dekt. En ook de zin en onzin van de wereldmarktprijs als oriëntatiepunt, is deel van de interessante discussie die volgt.

Binnen de EMB hebben we inmiddels leden die met een totaal verschillende realiteit ten aanzien van de structuur van de melkveesector leven. Toch worden we allemaal met dezelfde problematiek geconfronteerd: een melkprijs die de kosten niet dekt omdat het politieke systeem waarin we moeten functioneren, niet deugt voor producenten. Daarom is voor de EMB een ledenorganisatie in Letland net zo interessant als het EMB-lidmaatschap voor MARSAVA.
De Letse delegatie gaat intern onze ontmoeting en de doelstellingen van de EMB overleggen met de andere bestuurders en leden. Ze zullen bovendien, na het zien van de EMB-presentatie, proberen te bundelen met meer Letse melkcoöperaties om meer invloed op hun melkprijs te krijgen. Letland is een land waar in de komende jaren nog veel zal veranderen in de zuivelsector, de herstructurering loopt op volle toeren. Zelf vertrek ik op de namiddag weer richting Nederland. Van Letland zelf zie ik nagenoeg niets. Zelfs niet vanuit het vliegtuig dat al direct na de start, over zee terug naar Nederland vliegt.

Sieta van Keimpema, voorzitter