woensdag 18 januari 2023auteur: DDB
Ledenbericht buitengewone ALV Dutch Dairymen Board - 17 januari 2023
Dinsdagavond 17 januari 2023, hield DDB haar buitengewone algemene leden vergadering (ALV) in verband met een statutenwijziging (tekstuele aanvulling op de statuten), om het voor ZuivelNL mogelijk te maken de btw-voorbelasting van de belastingdienst terug te vragen. Een statutenwijziging die geen invloed heeft op de positie en rechten van de DDB-leden, maar het wel mogelijk maakt voor ZuivelNL om een aanzienlijk bedrag – boerengeld - terug te vragen van de Belastingdienst.
Na een kort welkomstwoord van de DDB-voorzitter, heeft vicevoorzitter Jan Aantjes de leden door het proces rondom de statutenwijziging geleid. Unaniem hebben de aanwezige leden vervolgens besloten in te stemmen met de voorgestelde statutenwijziging. Daarna werd deze ALV gesloten. In de pauze werden de notulen van deze ALV opgesteld en in een tweede ALV voorgelegd ter goedkeuring aan de leden. Na enige vragen en opmerkingen, zijn ook de notulen vastgesteld en sloot de voorzitter de tweede ALV. Met deze werkwijze, die vooraf met een notaris is afgestemd, kan de wijziging al in 2023 worden doorgevoerd in de statuten waardoor ZuivelNL al in 2023 de btw terug kan vragen bij de belastingdienst.
Landbouwakkoord
Zoals was aangekondigd, hebben we daarna ruimschoots aandacht besteed aan de procedure rondom het Landbouwakkoord, de positie en input van de DDB aan de sectortafel Melkvee- en kalverhouderij en de doelen en kaders die door LNV zijn opgesteld. De doelen en kaders betreffen al geïmplementeerde EU-Richtlijnen en Nederlandse landbouwwetgeving en voorgenomen Kabinetsbeleid (het document met doelen en kaders kunt u hier lezen). Ook is aandacht besteed aan de ‘novemberbrief’ van Minister Piet Adema, waarvan u hier een samenvatting kunt lezen. In deze samenvatting vindt u ook een link naar de volledige brief van de Minister.
Verslag
Onderstaand volgt een verslag van de eerste sectortafel waarbij we geen “namen en rugnummers” gaan noemen van andere partijen. We benoemen alleen onze eigen input en opstelling.
Sectortafel Melkvee- en kalverhouderij
Naast de DDB-voorzitter en vicevoorzitter, namen de volgende partijen deel aan de eerste sectortafel Melkvee- en kalverhouderij op 13 januari 2023: LTO Melkveehouderij, NAJK, Agractie, Netwerk Grondig, NMV, NZO, Rabobank/NVB, ABN AMRO/NVB, Natuur en milieufederatie, LTO Kalverhouderij, BoerenNatuur’, Unie van Waterschappen, Vee en Logistiek Nederland, Nevedi, LNV, COV, SBK, Natuurweide/Biohuis en IPO/provincie Overijssel.
Een groot en divers gezelschap, dat onder voorzitterschap van Karin van Huet en in aanwezigheid van Wouter de Jong en Thijs Cuijpers voor de minister van LNV, het aan het einde van het traject (gepland begin maart) “met zijn allen eens moeten worden over een Landbouwakkoord”. In hoeverre dat lukt is nu nog helemaal niet zeker.
Proces
Het eerste punt dat 13 januari op tafel kwam, was het vergaderproces waaraan zaken verbeterd moeten worden: zo kwamen de stukken pas anderhalve dag van tevoren bij ons aan: veel te kort om je voor te bereiden en om als vereniging te kunnen overleggen met de bestuursleden en – wanneer daar directe noodzaak voor is – met jullie als leden. De kritiek is serieus genomen: we kregen de stukken voor de tweede vergadering aanstaande vrijdag, op maandag 16 januari – ook nog erg kort om de stukken en het overleg daarover voor te bereiden - maar in ieder geval een verbetering. Mochten er wel thema’s op de agenda staan waarvoor we meer tijd voor overleg nodig hebben, zullen we dat aan LNV laten weten. Ook over het tempo van het proces (het Landbouwakkoord moet in minder dan 2 maanden voltooid zijn terwijl de overheid al 3 jaar niet in staat is om de problemen het hoofd te bieden) is kritiek geuit: wij zijn géén beleidsmedewerker van LNV en wensen ons ook niet een akkoord “in te laten rommelen”. De slechte ervaringen van landbouwpartijen na het sluiten van het Klimaatakkoord - waar de overheid een onbetrouwbare partner is gebleken – werd expliciet op tafel gelegd.
Doelen
Als doelen voor het Landbouwakkoord, stelt LNV een gemeenschappelijk toekomstbeeld van de landbouw voor, met een sterke positie van de landbouw als economische sector van (inter)nationaal strategisch belang, producent van duurzaam en gezond voedsel en grondstoffen, medebeheerder van natuur en essentiële drager van een vitaal platteland. Ook wil men dat partijen afspraken maken over de ondersteuning van de (wettelijke) kaders die nodig zijn om deze positie te kunnen behouden en door-ontwikkelen. En moeten er oplossingen komen vanuit de landbouwsector, voor de grote maatschappelijke ecologische opgaven van natuurherstel, water en klimaat.
Daarnaast wenst men dat de opgaven en de bedrijfseconomische impact op bedrijven van bovengenoemde doelen, inzichtelijk gemaakt worden. “Overheid, sector en partijen in en om de keten zullen afspraken moeten maken die bijdragen aan het behalen van de opgaven. Dit zijn overkoepelende afspraken, en afspraken op gebiedsniveau.”, aldus LNV.
Als laatste doel benoemd LNV het belang om een begin te maken met het bouwen aan het vertrouwen tussen sector en overheid.
Voor de DDB moet dat laatste doel als eerste op tafel worden gelegd, besproken en opgelost: de landbouwsector heeft een groot conflict met de overheid en er moet eerst aan een oplossing voor dat conflict gewerkt worden voor er sprake kan zijn van afspraken – dat heeft onze achterban zeer duidelijk gemaakt.
LNV is te kennen gegeven dat de “onbetrouwbare overheid” voor de boeren een gegeven is – helaas. Voor nu tellen voor ons ‘de ervaringen uit het verleden’ dusdanig zwaar, dat LNV dat zal moeten accepteren en ernaar zal moeten handelen, wanneer dat doel serieus bedoeld is.
No-Go’s
LNV presenteerde de partijen aan de sectortafel kort van tevoren ook de ‘voorwaarden’ die zij stellen aan ons. Met nogal wat No-Go’s. Zo mag er niet onderhandeld worden over de doelen en de tijdsfasering. Afspraken in het coalitieakkoord en de aanbeveling in het rapport van de heer Remkes zijn leidend, aldus LNV. De gebiedsprocessen zijn daarnaast geen onderdeel van het akkoordproces. Wel moet het landbouwakkoord structurerende keuzes opleveren voor de gebiedsprocessen. Ook de dierwaardige veehouderij gaat deel uitmaken van het Landbouwakkoord.
Het akkoord is geen juridisch bindende tekst, zegt LNV maar “partijen gaan wel het commitment aan op de overeengekomen inzet en streven naar langjarige en geborgde inzet”.
Dat lijkt vrijblijvend maar is dat zeker niet. In feite betekent het woord ‘commitment’ dat je vrijwillig de verplichting aangaat om voor iets zorg te dragen, om een bepaald beleid te volgen enz. DDB is zich zeer bewust van de consequenties van dit punt en zal ernaar blijven handelen. Ook zullen – als het aan LNV ligt - de kritische depositie waarde (KDW), PAS-melders, interimmers, toestemmingsverlening en piekbelasters geen onderwerpen zijn van het akkoord.
Wat ons betreft zijn deze punten wel degelijk van belang en kan het niet zo zijn dat deze punten niet uitdrukkelijk op de agenda staan en onderdeel uit zullen maken van dit proces. Aangezien deze zaken van grote invloed zullen zijn op het kunnen behalen van de doelen van het Landbouwakkoord.
Wat een positief punt is, uit dat LNV aangeeft dat er realistische richting(en) voor de toekomst van de landbouw, moeten worden geformuleerd. Precies dat punt: realistische richtingen, is voor de DDB sowieso het uitgangspunt. En dan kan het wat ons betreft, niet zo zijn dat we vasthouden aan bijvoorbeeld de KDW of Aerius, of dat de PAS melders, interimmers, toestemmingsverlening en piekbelasters geen onderwerpen zijn van het akkoord. Daarnaast blijkt LNV wel erg ‘losjes’ om te gaan met hun bewering dat de aanbevelingen van het rapport Remkes leidend zullen zijn: LNV shopt selectief in deze aanbeveling hetgeen het vertrouwen in de overheid en dit proces niet bevorderd.
Motor? Of bijrijder?
Een punt dat ons ook opviel, was dat niet de sectortafels leidend zijn in het proces – zoals vaak in interviews is gesteld door Minister Piet Adema – maar het juist omgekeerd is: de hoofdtafel bepaalt de agenda van de sectortafels. Daarom waren de stukken zo laat: de hoofdtafel moet de agenda van de sectortafel eerst bepalen.
Terwijl we met onze deelname aan de sectortafel de zogenaamde “motor” van het proces zouden zijn, vroegen we ons openlijk af of we niet slechts als “bijrijder” aan mogen schuiven. Een antwoord op die vraag is uitgebleven. Wel hebben we besloten ook onze eigen agenda naar voren te brengen.
Vervolg
De komende weken zal er iedere vrijdagochtend een sectortafel Melkvee- en kalverhouderij plaatsvinden. Op initiatief van de belangenorganisaties is besloten dat we over twee weken een overzicht zullen geven met daarin de pijnpunten die het voorgenomen beleid en de doelen opleveren voor de landbouwsectoren.
Het DDB-bestuur zal u regelmatig op de hoogte houden via ledenberichten en/of bijeenkomsten waarbij uw input voor het bestuur van groot belang is.
Namens het DDB-bestuur,
Sieta van Keimpema, voorzitter