donderdag 7 februari 2019
RIVM forceert zelf oplopende ammoniaktrend in natuurgebieden
De ammoniakconcentraties in natuurgebieden lopen op door een foutieve wiskundige bewerking van de meetresultaten door het RIVM. Zonder die wiskundige bewerking, zou er geen sprake zijn van een oplopende trend. Daarnaast blijken de twee ammoniakmeetstations voor hoogbelaste veehouderijgebieden fout te zijn geplaatst. Meetstation Vredepeel (op de grens van Noord-Brabant en Limburg) staat veel te dicht op een pluimveebedrijf en meetstation Wekerom (Gelderland) blijkt boven een stinkende rioolput te zijn neergezet, waaruit ammoniak vrijkomt. Dit zijn enkele van de bevindingen uit het lopende onderzoek naar de representativiteit van de ammoniakmetingen door het RIVM. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een team van onderzoekers en gefinancierd door Stichting Mesdag Zuivelfonds. Jaap Hanekamp (onderzoeker) en Geesje Rotgers (onderzoeksjournalist) lichtten hun nieuwste bevindingen vandaag toe aan de Tweede Kamer.
In 2005 begon het RIVM met het meten van de ammoniaconcentraties in de lucht, in natuurgebieden (het zogenaamde MAN-meetnet). Tegenwoordig wordt op 293 locaties gemeten. Volgens het RIVM is er gemiddeld genomen sprake van een oplopende trend, m.a.w. een toename van ammoniak in natuurgebieden. Uit het lopende wetenschappelijke onderzoek van Stichting Mesdag Zuivelfonds blijkt echter dat de metingen zelf geen trend laten zien. Pas na een wiskundige bewerking van de meetresultaten is er sprake van een oplopende trend (toename van ammoniak). “Het RIVM forceert zelf die oplopende trend. De wiskundige bewerking die het RIVM toepast is volgens de internationale wetenschappelijke gemeenschap fout en ontoelaatbaar”, stelt onderzoeker Jaap Hanekamp, die samen met de Amerikaanse wiskundige Matt Briggs de werkwijze van het RIVM heeft getoetst.
Ammoniakmeter opgehangen boven rioolput
Ook met de luchtmetingen in veehouderijgebieden gaat het nodige mis. In Nederland zijn vier landbouwmeetstations opgesteld, waarvan twee in gebieden met veel (intensieve) veehouderij: Vredepeel en Wekerom. In 2018 toonden Hanekamp en Rotgers aan dat meetstation Vredepeel letterlijk ‘onder de rook’ van een pluimveebedrijf is neergezet (op 150 meter), terwijl de afstand volgens de eigen instructies van het RIVM, minimaal 300 meter had moeten bedragen. In Wekerom blijkt de situatie nog ernstiger: bij een bezoek aan het meetstation blijkt de meter vrijwel boven een stinkende put van het rioolgemaal te zijn neergezet. Volgens de eigenaar van de rioolput, Waterschap Vallei en Veluwe, ontsnapt er ook ammoniak uit de put, naast een aantal andere gassen. Verder is dit meetstation in de jaren steeds meer ‘ingesloten’ geraakt door een groeiend metaalbedrijf met veel vrachtverkeer – ook vrachtverkeer stoot ammoniak uit – en staan er meerdere veebedrijven op te korte afstand, waaronder een varkensbedrijf dat niet emissiearm is.
Ammoniakbeleid bepaald door discutabele metingen
De metingen in Vredepeel en Wekerom hebben sinds jaar en dag het ammoniakbeleid voor de veehouderij bepaald. Beleidsmakers en politici baseerden zich op de meet-trends van met name beide meetstations. Volgens het RIVM zijn deze meetstations tegenwoordig minder bepalend voor het ammoniakbeleid voor de veehouderij, vanwege de totstandkoming van het veel fijnmazigere natuurmeetnet (MAN-meetnet). Echter, hier forceert het RIVM met zijn wiskundige bewerking van de op zich vrij neutrale meetuitslagen zelf een oplopende trend.