EMB nieuwsbrief: MELK NIEUWS juli 2013


Beste melkveehouders, beste geïnteresseerden,

Na de hervorming is voor de hervorming! Op 26 juni zijn de vertegenwoordigers van het Europees Parlement, de Commissie en de Ministerraad in de zogenaamde Trioloog akkoord gegaan met de hervorming van het GLB. Voor ons melkveehouders, waren vooral de uitkomsten over de Gemeenschappelijke Marktordening, van buitengewoon belang. Heftige discussies werden tot aan de laatste minuut vooral gevoerd over het voorstel van het Europees Parlement om in crisissituaties op vrijwillige basis minder melk aan te kunnen leveren tegen een vergoeding. Het definitieve besluit daarover is echter uitgesteld tot na de conferentie die op initiatief van Commissaris Ciolos in september wordt gehouden. Hetzelfde geldt voor het parlementsvoorstel om een Marktmonitoringsagentschap op te zetten. Alweer een compromis. Alweer uitstel in plaats van beslissen. 

Echter, niet getreurd! In  plaats van of juist omdat er zoveel verhitte discussie over het onderwerp was in de Trioloog, is er geen reden voor somberheid. We kunnen de aangekondigde conferentie van Ciolos tegemoet zien met gemengde gevoelens.   

De Trioloog heeft zonder enige twijfel een kans gemist om de Europese zuivelmarkt door middel van effectieve en kostenefficiënte instrumenten, zo snel mogelijk bestand te maken tegen crises. De  feitelijk positieve aanpak, door Producentenorganisaties op nationaal niveau een grotere rol toe te kennen, is hiervoor onvoldoende geschikt in crisissituaties.   

Echter, het Parlement staat allang niet meer alleen met zijn  initiatieven. Recentelijk zijn er steeds meer organisaties die waarschuwen tegen de negatieve uitvloeisels van deregulering van de zuivelmarkt. Kort geleden heeft de Commissie van de Regio’s een rapport gepubliceerd waarin  belangrijke punten naar voren worden gebracht aangaande de ontwikkelingen op de zuivelmarkt ná 2015. En gedurende de onderhandelingen heeft Commissaris Ciolos zelf gezegd dat een goed functionerende zuivelmarkt te belangrijk is om risico’s mee te nemen door haastige beslissingen. 

De European Economic and Social Committee en de Europese Rekenkamer gaven in een eerder stadium al aan dat ze grote twijfels hebben bij het afschaffen van het melkquotum zolang er geen goede vervangende regelgeving is. 

Conclusie: we moeten doorgaan met onze lobby. De internationale gemeenschap en de beleidsmakers moeten met goede argumenten worden overtuigd van het vakkundige alternatief dat wij te bieden hebben, een alternatief met  algemeen toepasbare voorwaarden voor de zuivelmarkt. In die discussie is een mogelijkheid om vrijwillig minder te kunnen produceren, een extreem belangrijk crisisinstrument. 

Romuald Schaber (President van de EMB)


Slecht weer zorgt voor mislukte oogsten en voerproblemen in Europa

Het slechte weer in het eerste halfjaar heeft de landbouw overal in Europa grote schade toegebracht, die op sommige plekken dramatische gevolgen hebben voor melkveehouders. Melkveehouders van Ierland tot in Italië zijn er door geraakt.Voor het eerst in zijn geschiedenis moest Ierland ruwvoer voor het vee importeren. Grote hoeveelheden hooi en kuilvoer werden ingevoerd vanuit  Groot Brittannië en het vaste land van Europa. Het kuilvoer was ook in 2012 al slecht van kwaliteit door slechte weersomstandigheden, waardoor het noodzakelijk was om meer krachtvoer aan te voeren. Deze slechte omstandigheden duurden tot mei 2013 door het gure weer. 

In Duitsland heeft de regelval van de afgelopen periode, tot enorme overstromingen geleid., voornamelijk in de oostelijke en zuidelijke deelstaten. Talloze graanvelden en voedergewassen zijn ondergelopen wat tot grote misoogsten en voerproblemen leidt.

Boeren in Oostenrijk hebben ook last gehad van het slechte weer. De overstromingen belemmerden in verschillende regio’s het ophalen en leveren van melk. In een aantal gevallen zijn Oostenrijkse melkveehouders alvast begonnen met het voeren van hun voorraden hooi  en zijn nu afhankelijk van vers gras. Omdat er nu niet geoogst kan worden, moeten ze rekenen op extra voerkosten.

In Italië heeft de sterke regenval tussen januari en mei 2013 ernstige schade toegebracht aan de landbouwgewassen, in het bijzonder in Lombardije. De maïsverliezen, het belangrijkste gewas aldaar, worden op 30 tot 50% geschat. Ook bij het hooi, graan, druiven en groenten zijn de verliezen groter dan 40%.  Het resultaat was dat de maïs in juni opnieuw moest worden gezaaid. Het hooien moest worden uitgesteld tot begin juni, terwijl er dan normaliter al voor de tweede keer wordt geoogst. Daarom heeft EMB-lid APL Italië de regionale overheid opgeroepen om de noodtoestand voor boeren uit te roepen zodat ze voor financiële compensatie in aanmerking komen voor hun verliezen. De eerste reactie van de Milanese overheid was positief.

Regina Reiterer (EMB)


Lancering Faire Melk in Frankrijk

Op 19 juni 2013 hebben de melkveehouders van APLI, één van de twee Franse EMB-leden, symbolisch het Faire Melk-project opgestart in Frankrijk bij het beroemde plaatsje Mont-Saint-Michel in Normandië. De timing was doelbewust: bijna vier jaar gelden werd op precies dezelfde plek een grote demonstratie gehouden door Franse en Europese melkproducenten die duizenden liters melk over de velden reden in protest tegen de dramatische economische situatie op de melkmarkt.  

Bij de start van Faire Melk in Frankrijk hadden de Franse melkveehouders iets anders bedacht – ze stelden een imposante kudde van 24 kunststof koeien op in de Franse nationale driekleur, rood, wit en blauw, de Faironika’s (die in Frankrijk Justine worden genoemd) tegen de achtergrond van  de Mont-Saint-Michel. Na de start, reizen deze koeien symbolisch door de Franse regio’s om de Faire Melk te promoten.

Door ervaringen met eerdere projecten in Duitsland, Oostenrijk, Luxemburg en België, richtten de initiatiefnemers van de Faire Melk in september een coöperatie op, Faircoop, die de rechten in handen heeft van het merk Fairefrance en waar iedere Franse melkveehouder lid van kan worden. Faircoop heeft ongeveer 800 leden en koopt haar melk in bij melkfabrieken om onder het Fairefrance label te verkopen. Faircoop streeft ernaar de leden 10 cent uit te betalen per verkochte liter.

In eerste instantie wordt de melk van  FaireFrance  aan specifieke supermarkten  geleverd uit de ketens Leclerc en Intermarché in Noord-Frankrijk. Dit distributienetwerk moet uiteindelijk leveren in heel Frankrijk.

Christian Schnier (EMB) 


Committee of the Regions shares European dairy farmers' major concerns about liberalisation of milk market

In het advies dat het Comité van de Regio’s (CvdR) op 30 mei 2013 publiceerde, laat de commissie zich uit over de voorgenomen afschaffing van de melkquotering in 2015. Op fundamentele punten, stemt de visie van de CvdR overeen met de visie van de DDB en de EMB. De CvdR roept op tot het invoeren van maatregelen die het mogelijk maken de melkmarkt te reguleren. (Brussel, 18 juni 2013) Het CvdR stelt in zijn advies dat de instrumenten in het zogenoemde EU Melkpakket, over het algemeen onvoldoende zijn om de negatieve gevolgen op te vangen die de afschaffing van de melkquotering in 2015 met zich mee zal brengen voor de Europese regio’s en gezinsbedrijven. Het CvdR veroordeelt duidelijk het feit dat de zuivelcoöperaties in de belangrijkste melkproducerende EU lidstaten, het grootste deel van de zuivelmarkt in handen hebben en daardoor een monopolie vormen. Om die reden ondersteunt het CvdR het opzetten van producentenorganisaties maar benadrukt tegelijkertijd hun onmacht door het ontbreken van onderhandelingsmacht ten opzichte van de zuivelverwerkers.

The CoR clearly condemns the fact that dairy cooperatives in the main milk-producing countries of the EU hold most of the market shares - if not a monopoly. For this reason, it supports the setting up of producer organisations, but at the same time highlights their missing negotiating power in comparison with dairies.

Het CvdR bekritiseert ook de gestegen marges in de agrofood- en grootwinkelbedrijven, die niet aan de producenten worden doorgegeven, als ook de financiële onvoorspelbaarheid voor melkveehouders door de volatiele melkprijs. Om melkveehouders een opbrengst voor de melk te verzekeren, stelt het CvdR voor om de productiekosten mee te nemen in de onderhandelingen over de opbrengstprijzen voor landbouwproducten. Zij suggereren ook de mogelijkheid om de melkquotering te verlengen tot 2019/2020 om in de tussentijd studies te verrichten naar de ervaringen met de liberalisatie van de melkmarkt in Zwitserland en de VS. Als de melkquotering wel wordt afgeschaft, zijn extra regulerende instrumenten absoluut noodzakelijk.

Naar de mening van het CvdR, moet een efficiënt crisis managementsysteem in staat zijn snel te reageren. Het is daarom noodzakelijk om informatie over de melkproductie te centraliseren op landelijk en Europees niveau, wat rechtstreeks beheer door de Europese Commissie of een   Europees regulerend orgaan, betekent. Een regulerend orgaan, in beheer van de  verwerkende industrie -  zoals een  aantal keren door de zuivelindustrie voorgesteld – is echter niet verenigbaar met de algemene aanpak. 

De DDB en de EMB voelen zich positief gesterkt door het advies van het CvdR dat pleit voor bindende regels voor de markt en beleidsmakers oproept  om sterk in te zetten op de invoering van effectieve marktinstrumenten. Dat is de enige manier om duurzame melkproductie in alle EU regio’s te verzekeren. 

De European Milk Board (EMB) is een Europese overkoepelende organisatie voor 19 melkveehoudersorganisaties uit 14 Europese landen die in totaal ongeveer 100.000 melkveehouders vertegenwoordigen. Ongeveer 75% van het melkvolume in Europa wordt in deze lidstaten geproduceerd.

EMB persbericht


Gepensioneerden voeden EU bevolking

Dat het huidige GLB mislukt is en weinig perspectief biedt voor jonge boeren, blijkt uit de harde feiten. Meer dan drie miljoen boerenbedrijven zijn er de laatste tien jaar mee gestopt omdat er geen opvolgers meer zijn. En deze ontwikkeling zet zich voort aangezien al ruim een derde van de boeren in de EU, ouder is dan 65 jaar.

Het voorbeeld van Nederland maakt veel duidelijk. Data van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) laat het volgende alarmerende beeld zien: terwijl in 1987 slechts 13 procent van de agrarische bedrijfshoofden ouder was als 65 jaar, is dit aantal in 2012 al gestegen naar 21 procent – terwijl de groep boeren van 80 jaar en ouder het sterkst is gestegen.

Van de ruim 64.500 Nederlandse boerenbedrijven in 2012, worden exact 13.841 geleid door boeren die ouder zijn dan 65 jaar. Op 1 april 2012, had Nederland 1087 boeren in de leeftijdscategorie van 80 tot 85 jaar, terwijl 493 boeren ouder waren dan 85 jaar.

Voornaamste reden voor de stijgende gemiddelde leeftijd van boeren zijn de hoge financieringslasten voor jonge boeren. Veel banken zijn momenteel niet zo happig op het lenen van veel kapitaal onder aantrekkelijke voorwaarden, aan jonge boeren. Andere redenen die gegeven wordt voor het stijgen van de gemiddelde leeftijd, zijn de onaantrekkelijke arbeidsomstandigheden en het slechte inkomen waardoor het onmogelijk lijkt om een opvolger te vinden voor het bedrijf en de boer gedwongen is door te gaan ondanks zijn hoge leeftijd. Een verdere stijging van de “stille faillissementen” wordt hierdoor verwacht.  

Bovengenoemde “harde feiten” tonen de noodzaak aan voor een beter Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) in Europa dat meer focust op de belangen van boeren. Als dat niet gebeurd worden we in de EU over pakweg vijftien jaar met een geheel nieuwe realiteit geconfronteerd: het verlies van voedselzekerheid en de intrede van voedselafhankelijkheid in Europa. Dan zullen voedselimporten mogelijk de enige manier voor de Europese bevolking zijn, om voedselzekerheid te garanderen.   

Sieta van Keimpema (Vicevoorzitter van de EMB en voorzitter van de DDB)


MEG Milch Board publiceert bijgewerkte Milk Marker Index

MEG Milch Board w.V. publiceert sinds begin 2013 in Duitsland de Milk Marker Index (MMI). De index toont het gebrek aan evenwicht tussen de productiekosten en de melkprijs aan. Voor het eerst hebben Duitse melkveehouders een instrument in handen bij prijsonderhandelingen om hun argumenten met feiten te onderbouwen.

De jongste MMI werd begin juni gepubliceerd en laat een lichte daling van de productiekosten voor melk zien. Hij staat op 113 (januari 2013), iets lager dan het gemiddelde van 117 voor 2012. Ook de prijs/kosten verhouding toont met 0.84 een iets lager tekort aan dan het gemiddelde van 0.74 in 2012. Dit kan worden verklaard door een lichte daling van de cashkosten met een gemiddelde van 1.57 cent/kg melk van 36.94 tot 35.37 cent/kg.

Volgens deze trendberekeningen zijn de kosten voor voer licht gedaald, maar alle andere productiemiddelen laten een constant hoog niveau zien vergeleken met het indexjaar 2009.   Dit maakt één ding duidelijk: ondanks de daling is er nog steeds een gapende kloof tussen de productiekosten en de boerenmelkprijs.

De huidige goede marktsituatie en de positieve ontwikkeling van de melkprijzen op de wereldmarkt, moet zo snel mogelijk worden vertaald naar de melkprijzen die uitbetaald worden aan de melkveehouders. De prijsnoteringen voor melkpoeder, boter en kaas stijgen sterk. Ook de Duitse supermarktketens hebben hun prijs voor verse melk verhoogd. Reden hiervoor is een dalende voorraad aan de grondstof melk wereldwijd, terwijl de vraag naar zuivel stabiel blijft.

Dr. Ute Zöllner (MEG Milch Board Persagent)


EMB Agenda

Hier vindt u een aantal van de belangrijkste afspraken in juni 2013:

  • 2.07.: Advisory Group on Milk in Brussel
  • 17.07.: Ontmoeting met vertegenwoordigers van het EU Comité van de Regio’s in Brussel
  • 24.07: EMB Ledenvergadering in Brussel

Colofon

European Milk Board
Bahnhofstr. 31
D-59065 Hamm
Tel: 0049/2381/4360495
Fax: 0049/2381/4361153
E-Mail: office@europeanmilkboard.org
Website: http://www.europeanmilkboard.org