maandag 17 juni 2019auteur: DDB
Geef uw mening: EU Commissie houdt consultatie over markttransparantie tot 20 juni
Geef uw mening: EU Commissie houdt consultatie over markttransparantie tot 20 juni
Dat de inkomenspositie en marktpositie van de Europese boeren steeds meer wereldleiders zorgen baart, bleek tijdens de laatste G20 waar dit onderwerp op de agenda stond. De monopolypositie die afnemers van bijvoorbeeld zuivel en kalveren zich hebben aangemeten heeft ook de aandacht van de EU. De Europese Commissie stelde naar aanleiding daarvan al een programma op met drie acties op dit vlak:
- Tegengaan van oneerlijke handelspraktijken: de richtlijn werd in april jl. vastgesteld
- Versterking samenwerking producenten: Omnibus verordening in werking sinds 1-1-2018
- Eerlijker verdeling in de voedselketen door transparantie over prijzen in de keten
Aangaande punt 3: eerlijker verdeling in de voedselketen, vraagt de Europese Commissie nu uw mening over de beleidswijzigingen die zij voorstellen om meer transparantie te krijgen in de keten.
Wanneer u naar de site https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/initiatives/ares-2018-5108370_en#isc-2019-03111 gaat, kunt u uw mening over de voorstellen invullen tot en met 19 juni.
U kunt het beste eerst voor inloggen kiezen en pas daarna een login aanmaken. U kunt telkens voor de Nederlandse taal kiezen.
Tot nu toe reageren veelal afnemers die vinden dat er al zoveel transparantie is. Het is dus belangrijk dat ook voedselproducenten: melkveehouders, hun visie op de markt geven.
Alle input is zichtbaar maar u kunt er voor kiezen uw mening anoniem te doen. Voor de DDB hebben we een Engelstalige reactie geschreven onder vermelding van Dutch Dairymen Board, maar u kunt ook in het Nederlands reageren (vertaling vind u onderaan deze mail). Als u uw mening geeft, kunnen ze daar bij de Europese Commissie rekening mee houden om een zo goed mogelijk resultaat voor uw inkomen te bereiken.
Een nadeel van de voorgestelde beleidswijzigingen is het feit dat er tot nu toe geen rekening wordt gehouden met de kostprijs van de producten. En de beleidswijzigingen gaan alleen uit van onbewerkte producten. Daardoor vallen veel agrarische bedrijven buiten de scope omdat bijvoorbeeld bijna elk product zoals melk wordt bewerkt, waarna er pas sprake is van toegevoegde waarde.
Nog beter zou het zijn als de Europese agrarische ondernemers - die gemiddeld al decennialang een te laag inkomen hebben - zouden worden beschermd tegen oneerlijke handelspraktijken door een wettelijke bescherming. Boeren staan doordat ze beperkt houdbare producten hebben op achterstand in de onderhandelingen met afnemers. En ook handelsverdragen die een ongelijk speelveld veroorzaken, zouden tot het verleden moeten behoren om eerlijke prijsvorming te bevorderen.
U kunt nog tot en met woensdag 19 juni 2019 24.00 uur uw mening geven via deze site.
https://ec.europa.eu/info/law/better-regulation/initiatives/ares-2018-5108370_en#isc-2019-03111
Reactie DDB:
Dat niet alleen het inkomen van boeren maar ook de marges voor voedselproducenten ver achterblijven bij de andere schakels in de voedselketen, heeft deels te maken met gebrekkige markttransparantie. Meer transparantie aangaande de prijzen in de diverse voedselketens hoeft echter nog niet te leiden tot een eerlijker en evenwichtiger voedselketen. Immers, niet alleen de prijzen maar vooral de kosten van voedselproductie bepalen het inkomen en de marges voor voedselproducenten. De kosten door de eisen die aan voedselproducenten worden gesteld ( via wetgeving of via leveringsvoorwaarden) zouden opgenomen moeten worden in dit initiatief om daadwerkelijk tot een eerlijker en meer gebalanceerde verdeling van de opbrengstprijs te komen.
Tevens zouden de eisende partijen meer verantwoordelijkheid aan de dag moeten leggen om er voor te zorgen dat producenten de ware kostprijs door deze eisen betaald krijgen: zowel overheden als de afnemers van voedselproducten, zoals melkverwerkers.
Tevens zouden onderzoekers nu alvast kunnen kijken waar de winst is gebleven in de crisisjaren 2009, 2015 en 2016, toen Europese melkveehouders geconfronteerd werden met hoge kosten, veel lagere opbrengstprijzen af-boerderij en daardoor extreem lage inkomens, terwijl de consumentenprijzen voor zuivelproducten in die jaren nauwelijks daalden (en (coöperatieve) melkverwerkers aanzienlijke winsten boekten). Inzicht in verwerkte producten is tevens van belang omdat toegevoegde waarde vooral via verwerkte producten ontstaat. Aangezien daarvoor nu de juridische basis nog ontbreekt, is het registreren van de volledige kostprijs in dit onderzoek, essentieel.
Namens het DDB-Bestuur